Bij alle brillenglazen, maar vooral bij die van mindere optische kwaliteit kun je gele en blauwe randen om objecten heen zien. Dit heet "kleurschifting" of "dispersie", en ontstaat door dezelfde oorzaak als een regenboog. Het is het ergst aan de randen van het gezichtsveld en in het midden is het er normaalgesproken niet.
Hoe dikker de gele en blauwe randen, hoe meer kleurschifting er is. De randen zijn vooral te zien als er iets donkers naast iets lichts zit, bijvoorbeeld bij zwarte letters op een witte achtergrond of rond een lamp. Hoe groter het verschil tussen licht en donker, hoe duidelijker de gekleurde randen zijn.
Naarmate er meer kleurschifting is, is het beeld door het brillenglas automatisch ook minder scherp, minder helder en minder kleurrijk. Dus als je alleen naar de dikte van gele en blauwe randen kijkt, heb je al een redelijke indruk hoe goed het glas is.
Mate van kleurschifting
De mate van kleurschifting wordt uitgedrukt in het Abbe-getal. Naarmate dit getal hoger is, is er minder kleurschifting.
Brillenglazen van de beste optische kwaliteit hebben momenteel (in 2009) een Abbe-getal van rond de 59. Dit zijn over het algemeen de dikke, niet al te dure glazen (index van 1.5). Zowel kunststof als mineraal glas kan deze geringe mate van kleurschifting hebben.
De meest verkochte glazen hebben een Abbe-getal van rond de 40. Hierbij is er toch wel sprake van merkbare kleurschifting. Voor wie kritisch op de optische kwaliteit van zijn of haar bril is, en enigszins sterke glazen heeft, is dit niet voldoende. Gele en blauwe randen zijn dan aan de randen van het gezichtsveld vrij duidelijk aanwezig rond objecten.
De dunste glazen (brekingsindex groter dan 1.7) hebben een Abbe-getal van rond de 33, of soms nog minder. Hierbij is de kleurschifting zo duidelijk, met zulke dikke gele en blauwe randen, dat iemand die een goede optische kwaliteit van de bril wil zulke glazen niet zou moeten nemen.
Glazen van polycarbonaat hebben uitgesproken veel kleurschifting, met een Abbe-getal van 30.
Fabrikanten van brillenglazen Hoya en Tokai hebben online gegevens over de Abbe-getallen van hun materialen. Van Zeiss heb ik vergelijkbare getallen gezien.
Zelf beoordelen
Als een opticien de mogelijkheid biedt om brillen met verschillende diktes glazen uit te proberen in de winkel, kun je hiervan gebruikmaken door de mate van kleurschifting zelf te bekijken. De sterkte van het glas hoeft alleen maar enigszins in de buurt van je eigen oogafwijking te zitten.
Kijk door de bril naar iets waar helder wit en donker naast elkaar zitten, bijvoorbeeld een verlicht wit vlak, een lamp, of zwarte letters op een witte achtergrond. Draai je hoofd zo, dat je door de rand van het brillenglas kijkt naar het object. Je moet nu de gele en blauwe randen kunnen zien. Let op de dikte ervan, en vergelijk die tussen verschillende glazen.
Kroonglas en flintglas
Een wat ouder onderscheid in de mate van kleurschifting van glas, is de onderverdeling in kroonglas en flintglas. Kroonglas is glas dat een Abbe-getal heeft van meer dan 50, flintglas van minder dan 50.
Ruwweg ligt de grens tussen een goede en minder goede optische kwaliteit qua kleurschifting rond het Abbe-getal van 50. Voor een goede kwaliteit van een brillenglas moet je dus kroonglas hebben.